Zes manieren om uw pensioen aan te vullen
Het einde van het jaar is voor veel mensen het moment om nog even orde op zaken te stellen. We willen u daarom deze zes manieren om uw pensioen aan te vullen niet onthouden. Helemaal omdat keer op keer uit onderzoeken blijkt dat veel mensen met een pensioentekort niet goed weten hoe ze dit op kunnen lossen. Met deze heldere uitleg weet u wat te doen.
U ontvangt straks een AOW-uitkering en –als u dit in loondienst heeft opgebouwd– werknemerspensioen. Is dit samen voldoende om na uw pensionering uw uitgaven te kunnen betalen? Wat kunt u doen als u denkt dat u toch meer inkomen nodig hebt?
Start met het maken van een goed overzicht
Wanneer u uw pensioen wilt optimaliseren dan is het belangrijk om inzicht te hebben hoe u ervoor staat. Op mijnpensioenovericht.nl kunt u eenvoudig met uw DigiD opzoeken hoeveel pensioen u hebt opgebouwd. U kunt uw AOW-leeftijd berekenen op de site van de Rijksoverheid.
Zes manieren om uw pensioen aan te vullen
1) Regelmatig sparen met een pensioenproduct
Als u regelmatig geld opzij wilt zetten voor uw pensioen is een lijfrenteverzekering of een bankspaarrekening een optie. Met deze producten legt u regelmatig een bedrag in. Als u met pensioen gaat koopt u een lijfrente. Dit is een uitkering die loopt tot aan uw overlijden. Er zijn ook lijfrentes die een vast aantal jaar lopen, dus tot een bepaalde leeftijd.
Met een lijfrenteverzekering of een bankspaarrekening kunt u gebruik maken van belastingvoordelen. Over de premie betaalt u geen inkomstenbelasting. Verder betaalt u geen vermogensbelasting over de spaarpot die u zo opbouwt, maar er is wel een grens aan hoeveel u elk jaar met deze belastingvoordelen mag sparen. Het bedrag dat u op deze manier mag sparen heet uw jaarruimte. Op de website van de Belastingdienst kunt u uitrekenen wat uw jaarruimte is.
Als u een lijfrente of bankspaarrekening afsluit kunt u deze vaak combineren met een overlijdensrisicoverzekering of een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Dit kan financieel aantrekkelijk zijn. Vraag goed advies voor u zo’n product afsluit.
2) Eenmalig sparen met een koopsompolis
Met een koopsompolis stort u eenmalig een bedrag. In sommige gevallen kunt u kosteloos geld bijstorten. Uw verzekeraar of bank gaat dit geld beleggen. Als u met pensioen bent, krijgt u een uitkering. Voor een koopsompolis gelden dezelfde belastingvoordelen als voor lijfrentes en bankspaarrekeningen. Laat u goed adviseren voor u een koopsompolis afsluit.
3) Zelf sparen en beleggen
U kunt ook zelf sparen of beleggen voor uw pensioen. Het voordeel hiervan is dat u in principe altijd toegang hebt tot het geld. Over uw spaargeld en beleggingen betaalt u elk jaar vermogensbelasting. Die is op dit moment 1,2 procent van uw vermogen boven een bepaalde drempel. Voor alleenstaanden is die drempel ruim 21.000 euro. Als u een partner hebt is dat ruim 42.000 euro. Deze bedragen zijn anders als u met pensioen bent.
Let op: in het nieuwe belastingplan verandert de belasting op vermogen.
4) Verlaag uw maandlasten
Als u een hypotheek hebt, kunt u meer gaan aflossen. Zo verlaagt u uw woonlasten als u met pensioen bent en hebt u dus minder inkomsten nodig. Over het bedrag dat u aflost, betaalt u geen rente meer. Hierdoor daalt wel de renteaftrek die u krijgt bij uw belastingaangifte.
Extra aflossen is zowel mogelijk op een aflossingsvrije als annuïteitenhypotheek. Bij een spaar- of beleggingshypotheek is dit vaak niet handig. U kunt jaarlijks een maximaal bedrag boetevrij aflossen, maar dit bedrag verschilt per geldverstrekker.
5) De overwaarde van uw huis verzilveren
Als uw huis meer waard is dan uw hypotheek, kunt u overwegen om uw huis te verkopen. U krijgt dan de overwaarde tot uw beschikking. De overwaarde is de verkoopprijs minus het nog af te betalen hypotheekbedrag. Realiseert u zich wel dat u dit geld vaak (deels) nodig zult hebben om nieuwe woonruimte te kopen. Het restant kunt u gebruiken om uw pensioeninkomen aan te vullen. Overigens zijn er ook constructies te bedenken om uw overwaarde te gebruiken zonder uw huis te verkopen.
6) Werken naast uw pensioen
Als u uiteindelijk toch te weinig inkomen hebt, kunt u ook gaan werken na uw pensionering. Als u werkt wanneer u met pensioen bent, heeft dat geen gevolgen voor uw andere inkomsten. Over het bedrag dat u verdient betaalt u wel inkomstenbelasting. De belastingtarieven voor gepensioneerden zijn lager dan voor mensen die nog niet met pensioen zijn.
Bron: wijzer in geldzaken
